Het fonologisch bewustzijn en de kennis van letters worden beschouwd als de krachtigste voorspellers van het leren lezen in alfabetische schrijftalen, en daarom heeft het kleuteronderwijs veel aandacht besteed aan het bevorderen van deze vaardigheden. Dit lijkt echter niet voldoende om het aantal kinderen dat moeite heeft met lezen te verminderen. Op basis van de veronderstelling dat lezen in wezen een cognitieve en taalkundige activiteit is, zijn de veronderstellingen van Piaget, namelijk de rol van logische operaties, overgenomen om hun relatieve bijdrage aan het leren lezen te analyseren. Het hoofddoel van dit werk was dus het identificeren van de relatieve en onafhankelijke bijdrage van drie voorspellers - piagetiaanse logische operaties (seriatie, classificatie en opname van klassen), fonologisch bewustzijn en kennis van letters - aan het leren lezen (in de decodering of identificatie van geschreven woorden en in het begrijpen of extraheren van de betekenis van de tekst) in de beginjaren van het onderwijs.